Nieuw StiPP-pensioen vanaf 2026: alles wat je als opdrachtgever moet weten

1 oktober 2025 Leestijd: 4 minuten
Header-1

Vanaf 1 januari 2026 verandert de StiPP-pensioenregeling voor iedereen die werkt met uitzendkrachten. De regeling verandert op drie belangrijke punten: hogere premies, een uniforme opbouw voor iedereen én uitgebreidere dekking bij overlijden en arbeidsongeschiktheid. Dit heeft directe impact op je loonkosten en de manier waarop je pensioenadministratie is ingericht. 

Net als de nieuwe ABU-cao gaat ook deze wijziging op 1 januari 2026 in. Hoewel de pensioenaanpassing losstaat van de cao, vallen de ingangsdata samen. Daardoor worden beide veranderingen in de praktijk vaak in één adem genoemd. In deze blog lees je wat er precies verandert, waarom deze wijziging er is en wat de impact kan zijn op jouw organisatie. 

Wat verandert er?

De nieuwe pensioenregeling bestaat uit drie hoofdwijzigingen. Hieronder zetten we ze voor je op een rij, met een korte toelichting per punt: 

  • Eén uniforme regeling: De huidige Basis- en Plusregeling verdwijnen. Daarvoor in de plaats komt één nieuwe regeling waarin álle uitzendkrachten vanaf 18 jaar pensioen opbouwen, tot aan hun AOW-leeftijd. Ongeacht leeftijd, aantal gewerkte weken of contractduur. Dit zorgt voor meer overzicht en eenvoud, zowel voor de uitzendpartij als voor de flexkracht zelf. 
  • Hogere premie: De totale pensioenpremie stijgt naar 23,4% van de pensioengrondslag. Als opdrachtgever ben jij verantwoordelijk voor 15,9% van deze premie; dit zie je terug in het uurtarief van je uitzendkrachten. De uitzendkracht zelf betaalt 7,5%, die wordt ingehouden op zijn of haar brutoloon. Deze wijziging betekent dus een structurele stijging van de inhuurkosten. 
  • Uitgebreidere dekking: De nieuwe regeling bevat standaard een partner- en wezenpensioen. Bij overlijden ontvangt de partner een levenslange uitkering, en kinderen een uitkering tot hun 25e. Ook komt er een premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid. Wordt iemand langdurig ziek, dan loopt de pensioenopbouw (gedeeltelijk) door zonder dat er premie hoeft te worden betaald. Dit biedt extra zekerheid aan de flexkrachten die je inzet. 

Waarom deze wijziging?

De nieuwe pensioenregels voor uitzendkrachten komen voort uit de Wet toekomst pensioenen (Wtp), die sinds 2023 stapsgewijs wordt ingevoerd. Het doel van deze wet: een eerlijker en toekomstbestendiger pensioenstelsel voor álle werkenden, dus ook voor flexwerkers. 

Tot nu toe golden er strengere voorwaarden voor uitzendkrachten. Door de eerdere wachttijd en leeftijdsgrens bouwden vooral jongeren en studenten vaak helemaal geen pensioen op. Dat past niet meer bij de moderne arbeidsmarkt. Door de regeling te versimpelen en toegankelijker te maken, krijgt elke werkende, vast of flexibel, een betere financiële basis voor later. 

Wat betekent dit voor opdrachtgevers?

Hoewel jij als opdrachtgever het pensioen niet zelf hoeft te regelen, merk je de gevolgen wél. Hieronder de belangrijkste punten om op te letten: 

  • Hogere inhuurkosten: De pensioenpremie gaat omhoog en start direct vanaf dag één. Dit zie je terug in het tarief van je uitzendkrachten. Zeker bij rollen met hoge in- en uitstroom, zoals piekvervangingen of seizoenswerk, kan dit snel optellen. 
  • Geen opstartperiode meer: Uitzendkrachten bouwen direct vanaf de eerste werkdag pensioen op. De uitzendpartij moet dit correct en tijdig regelen. Check of jouw partner hier klaar voor is en of hun systemen dit aankunnen. 
  • Meer vragen van uitzendkrachten: Vooral jongeren zijn vaak niet bekend met pensioen. Ze kunnen vragen hebben over wat er met hun loon gebeurt of waar ze hun pensioen kunnen inzien. Verwacht dus meer behoefte aan uitleg; primair vanuit de uitzendpartij, maar jouw betrokkenheid wordt gewaardeerd. 

Meer informatie over de veranderingen voor jou als werkgever is te lezen op de website van StiPP!

Wat betekent dit voor uitzendkrachten?

Voor uitzendkrachten is dit een duidelijke verbetering. Ze bouwen vanaf dag één pensioen op en profiteren van een bredere dekking bij overlijden of ziekte. Ook als ze maar tijdelijk bij je werken, leggen ze nu al een basis voor later. Wel moeten ze rekening houden met een lager nettoloon vanaf het moment dat ze ook zelf premie gaan betalen (7,5%). Dit is belangrijk om goed uit te leggen; de uitzendpartij speelt hierin de hoofdrol, maar ook jij kunt hier als opdrachtgever aan bijdragen. 

Wat dit betekent voor de toekomst van jouw flexkrachten

Deze pensioenwijziging laat zien dat er ook voor flexkrachten ruimte komt voor meer zekerheid en toekomstperspectief. Vanaf 2026 bouwen ze direct vanaf 18 jaar pensioen op, mét een bredere dekking bij ziekte of overlijden. Dat geldt ook voor studenten en andere jongeren die je tijdelijk inzet. En dát maakt flexwerk een stuk toekomstbestendiger. 

Voor jou als opdrachtgever is dit een kans. Want werken via een partij die dit goed regelt en helder uitlegt, straalt ook op jou af. Je laat ermee zien dat je goed werkgeverschap serieus neemt, óók als het gaat om tijdelijke krachten. En dat maakt jouw organisatie aantrekkelijker voor de nieuwe generatie werkenden. 

Meer weten over de nieuwe ABU-cao 2026?

Per 1 januari 2026 verandert het uitzendsysteem in Nederland op meerdere punten. Wil je weten wat er allemaal op de planning staat, wat dit betekent voor organisaties en hoe je je het beste kunt voorbereiden? 

Bekijk ons complete overzicht van de wijzigingen in de ABU-cao 2026 met alle artikelen, toelichtingen en praktische handvatten op één plek. Zo heb je altijd de juiste informatie bij de hand om de nieuwe regels slim en strategisch toe te passen. 

Op de hoogte blijven?

Wil je op de hoogte blijven van alles rondom de nieuwe ABU cao 2026? Volg ons op LinkedIn, neem contact met ons op of meld je aan voor onze speciale ABU-cao nieuwsbrief!

Luuk Pouwer
Luuk Pouwer
Meer weten over SUSA?

Luuk Pouwer

Senior Manager Klantcontact

SUSA

 

Plan hier een call, of neem contact op: